Dit beeld werd geschilderd tijdens de meest hectische creatieve periode van de kunstenaar, een paar weken voor zijn tragische dood. Hier onderwerpt Van Gogh het landschap aan een ware transmutatie gedreven door psychische krachten. De vredige rieten huisjes, die nog steeds te zien zijn op oude foto's, lijken te zijn opgetild door een krachtige tellurische kracht die ze heeft uitgezet. De wilde, wervelende vormgeving doet het dak golven, stuurt de boomtakken in spiralen omhoog, transformeert de wolken in arabesken... Bovendien is het beeld bewerkt in dik impasto met echte groeven in de verf.